Tussentijdse teksten

De dood is een notaris.Zelfs in de zomer tot overwerk bereid.In zwart pak trekt hij loten.Vier cijfers, twee letters.Hardop leest hij voor w...
Lees verder
"Fascinerend", zei de neuroloog. Ik keek hem verwonderd aan, maar hij sloeg er geen acht op. "Fas-ci-ne-rend!", vierendeelde hij het woord....
Lees verder
Zo’n 380 miljoen jaar geleden begon de reis. Een kwastvinvis met een onderzoekende inslag kroop tegen het land op. Hij spartelde zo machtelo...
Lees verder
Volgens de Enkhuizer Almanak was het deze ochtend hoogwater in Hoek van Holland. Nog exacter: om 09.46 uur bereikte de vloed een stand van 9...
Lees verder
Tussen wee en ach en wee ligt uw leven. Met een wee kwam u ter wereld. Op 22 april 1932. In Libanon. De ach en wee zou pas later komen.Een m...
Lees verder
Het schroefje zit wat los. In uw halletje. Er hangt een tegeltje aan. Met een spreuk: “Hij die als vriend hier binnengaat, komt nooit te vro...
Lees verder
Ze hingen slingers in mij op. Er was een taart. Met honderd kaarsjes die ik mocht uitblazen. In mijn holle hallen zongen ze luidkeels 'Lang...
Lees verder
Ik heb een minnares. Mijn lief weet ervan – ze is niet gek. Een half jaar geleden heb ik het volmondig toegegeven. Ontkennen was geen optie:...
Lees verder
Ze heeft wondjes. In haar gezicht. Het linkerglas van haar bril is gebarsten. Vechtpartijtje? Ja, steeds vaker. Met de tijd. Het verleden vl...
Lees verder
Heen-en-weer-schuitje, overzetbootje, pontje. Ach, wat maakt de naam uit? Alle veren zijn vogels: oeverzwaluwen, die dagelijks oversteken. Z...
Lees verder