726 gram
Een Bosschenaar is dagelijks goed voor 726 gram restafval. Dat is exclusief al z’n overbodige verhalen, klein chemisch afval – zoals giftige opmerkingen – en wegwerpgebaren. Beleidsmedewerker Piet van de Afvalstoffendienst kan de cijfers dromen. Maar nu even opletten, want hier op Treurenburg rijden vuilniswagens af en aan.
In het aangrenzende regionaal sorteercentrum werkt Willy tussen afgedankte elektronica: een berg van zo’n 250 m3 stofzuigers, mixers, computers, wit- en bruingoed. Willy kantelt een koelkast. Achter hem ligt een gedeukte zonnehemel te roesten. Maar Willy heeft het zo al warm. Waar hij van walgt, zijn volle koelkasten. Soms ziet hij in juni nog een harig kerstmenu weghobbelen. Wel vermindert de aanvoer van elektronica. Ja, het is crisis. Daar zit geen uit-knopje aan.
Op het duurzame milieustation Treurenburg, dat wekelijks 1000 à 1300 bezoekers krijgt, wachten rijen containers. Op asbest, snoeihout, glas. Op medicijnen, kunststof, gips. Op klamme matrassen en kale vloerbedekking. Alles kun je hier kwijt, behalve je gebroken hart. Scheiding van tafel en bed? Dat kan wel. Tafel bij het hout, bed bij het oud ijzer. Al dat metaal levert de gemeente jaarlijks zo’n 80.000 euro op. Was iemand trouwens kentekenplaat PG-DP-11 kwijt?
Tweedehands spullen belanden in de containers van Vindingrijk. De dagopbrengst: twee fietspompen, servies, stapels kleren en vrolijke cd’s, al doet het verbrijzelde doosje van ‘Knuffelklassiekers’ vermoeden dat er meer aan diggelen is. Boeken? In overvloed. Van Kafka en keukenroman tot aan ‘Uw hond gehoorzaam in tien lessen’ van Martin Gaus. Vast geen Bosch joekeltje.
Een schatkamer voor sociologisch onderzoek is de papiercontainer. Wat leest de 073’er? Kranten. Folders. Kerstkaarten waarop de laatste sneeuw is verdwenen. Opvallend veel tuin-, kook- en sportbladen. Maar ook stageverslagen van Avans en een rapportje uit de zorgsector – ‘Extra medicatie kan mevrouw rust geven.’ Minder kalmerend zijn de talloze aanmaningen van fiscus, waterschap en verzekeringen die hier liggen. Oh, nog een berichtje voor de opa en oma van Jayla: in uw opruimdrift hebt u haar kindertekening weggekieperd. Vast per ongeluk. Maar de treurigste vondst is een kort liefdesbriefje. Van B. aan L. Met een P.S. die zich niet laat recyclen: „Het is echt voorbij.”
Dieren zien het hier vrolijker in. De ratten hebben zelfs een keuzemenu: smakelijk huisvuil of de Wespro Lokaasbakjes nr. 1 t/m 28. Twee ooievaars loeren vanaf lantaarnpalen. Niet minder scherp kijkt sectiehoofd Herman. Ooit zag hij tussen het grof vuil een kooi met levende zebravink. Hij adopteerde hem. Zijn zotste vondst? Een Uzi. „Kom maar brengen”, zei de agent. Ja, Herman is gek! Zo’n pistoolmitrailleur in je kofferbak, hoe leg je dat uit bij een verkeerscontrole?
Op het losdek instrueert medewerker Ron de bezoekers. Die luisteren. Da’s niet vanzelfsprekend. Soms verandert vuil storten in vuilbekken. Kijk maar in de container voor de korte lontjes: vrijwel leeg. Die houdt een Bosschenaar toch liever zelf.
Vier uur. Een hongerige meeuw kijkt op. Niks Cup-A- Soup. Een ploeg vuilnismannen vertrekt. Joviale sfeer, ruwe grappen. Ze zwaaien. Uit hun auto. Vanaf de brommer. Fietsen? Doet vrijwel niemand. Afvallen kan altijd nog.
__________________________________
Publicatie in Brabants Dagblad: 24 april 2013