Sang, 27 jaar

Het was een rare avond, zegt Sang. Zes jaar was hij vrijwilliger bij het W2 Poppodium in Den Bosch. Eerst kok, later barhoofd. Zo’n 80 bekenden, onder wie vijftien medewerkers van het Jeroen Bosch Ziekenhuis, bezochten half februari zijn afscheidsfeestje. Vrijwilligerscoördinator Herbert las het levensverhaal voor dat Sang zelf had geschreven. Vier kantjes, eindigend in wit. Vrolijker was de fotomontage: Sang bij de piramide van Cheops, op de Chinese Muur, voor het Sydney Opera House. Was-ie er toch nog geweest. Toen Sang begon te dansen, durfde de rest ook. De dj trakteerde op techno en hardcore, Sangs lievelingsmuziek. Er klonken geen nummers van Janis Joplin, Kurt Cobain of Amy Winehouse. Had goed gekund. Ook zij werden niet ouder dan 27.

Zijn wieg stond in Phoung Thahn, dorpje in Vietnam. In 1987 kwam het gezin naar Nederland. Toen Sang dertien was, viel hij flauw. Ambulance, ziekenhuis, nieren die kleiner dan kidneybonen bleken. „Erwten”, zegt Sang. Hij belandde in een Gelders pleeggezin. Thuis ging het niet langer. „Ik voel me Europeaan”, legt hij uit. Zijn ouders bleven Aziaten, verdwaald in de atlas. Hij heeft ze nooit meer gezien. meer. Zijn zusje komt hij af en toe tegen. Op Facebook.

„Hier zit-ie”, wijst Sang. Links. De donornier die hij op z’n zestiende kreeg. Maar na een jaar spuugde Sang bloed. Afstotingsproces. Het dialysecircus begon opnieuw. Wekelijks drie- à vijfmaal spoelen. Dat donororgaan? Dat lieten de artsen zitten. Souvenir.

Bij zijn keuze voor een koksopleiding had Sang nog getwijfeld: Arnhem of Den Bosch? Het werd Den Bosch, want zijn verstand is gezond. In 2005 kreeg hij hartkloppingen. Verliefd, op een Vietnamese studente. Ringen, trouwplannen, tranen: haar studievisum werd niet verlengd. Is Nederland een staat in of van ontbinding? Want weg moest ze. Haar vliegreis naar Vietnam was afgrijselijk, zegt Sang. Hij weet dat niet uit latere mailtjes. Maar uit eigen ervaring. Hij bracht haar terug.

Zieke nieren, gebroken hart. De remedie? Werken in de W2, voetballen in het Wajong-team van FC Den Bosch en studeren voor financieel-administratief medewerker. Tussendoor urenlang tv en yatzee in het JBZ, waar jaarlijks zo'n 150 mensen dialyse krijgen – in totaal 26.000 behandelingen. „Sympathiek personeel”, glimlacht Sang. Fijne internist ook: Jaap Beutler.

In april 2011 knakt Sang. Operatie, nieuwe donornier. Maar na veertien ziekenhuisjaren is hij het zat zichzelf te kortwieken. „Ik wil leven tot ik erbij neerval. Dat kan niet. Altijd moet ik voorzichtig zijn. Zo ben ik niet.” Sang wikt en weegt, voert lange gesprekken met vrienden. Begin 2012 besluit hij te stoppen met de dialyse. Zelf regie voeren. Over leven en dood. Want hoeveel beterschapskaarten kan een mens velen?

Een psychiater stelt vast dat Sang wilsbekwaam is. Eind januari volgt zijn afscheid op het de dialyse-afdeling van het JBZ. Tranen. Over en weer, over en uit. Thuiszorg zal hem begeleiden. Tot het einde. Prognose? Zes à acht weken. De wereld gaat snel, maar niervergiftiging kost tijd.

„Ik had nu dood moeten zijn”, zegt Sang kalm. Op zijn tafeltje in de Postelstraat ligt een Jack Daniels-sleutelhanger en medicatie tegen hartfalen. In de wandkast staan 31 afscheidskaarten. Op de planken liggen pluisjes stof.

Hij praat langzaam. Zijn verhaal lijkt gedrenkt in schildpadsoep: over die ene dag, kort na carnaval. In de Bossche binnenstad. Hij zag haar. Zij hem. Ze raakten aan de praat. Pakten een pizza. Later bier in Bar le Duc. De rest is geschiedenis. Of toekomst?

Twee weken leefde Sang in genadeloze twijfel. Thuis, tussen alle afscheidskaarten. Zijn beslissing? Hij lacht verlegen: „Ik ben echt gek op haar. Zij op mij.” Op 26 september 2012 gaat hij 28 worden. Levensgenieter pur sang.

________________________________

Publicatiedatum Brabants Dagblad: 4 april 2012